Na al het gejubel hier de afgelopen maanden, is het weer tijd voor het serieuze werk. Soms kijk ik rond of er één of ander klusje voor me is, wat ik tijdelijk kan doen. Maar veel is toch fysiek of gekoppeld aan zorg. En die zorg, ‘iets’ met mensen en kinderen, vind ik toch wel het leukste om te doen. Pleegzorg, maatjesproject, ik kan het niet doen. Mensen gaan op je rekenen. Ik wil en kan ze niet belasten en confronteren met mijn rugzak. Kan ook geen continuïteit bieden. Aangezien ik nog altijd gevulde dagen heb, we het financieel prima hebben, is de noodzaak er ook niet. Toch is het ook eens fijn om wat anders te doen dan voor de zoveelste keer je eigen gemaakte rotzooi op te ruimen. Of die van een ander.
Net wanneer ik weer over een project nadenk, komt er een oproep van stichting Hematon. Een arts wil onderzoek gaan doen naar kanker en werk. Het afkeuringsproces kan té moeilijk gaan, net als de reïntegratie naar werk. Werkgevers zitten niet te wachten op een kwakkelende kankerpatiënt. Want dat blijf je toch. Hoewel er een aantal patiënten zijn die gelukkig weer prima aan de slag kunnen en willen. Het UWV vindt al snel dat je wat kan. De maatschappij ook. In de tekst van de stichting staat echter ‘je hoort er weer bij’, ‘iets bijdragen aan de maatschappij’. Die zinnen stuiten me tegen de borst en ik ben niet de enige. Hematon erkent de verkeerde formulering en past het aan. Een klein gesprek op de betreffende pagina volgt. Een van de opmerkingen wil ik graag delen:
‘Ik was vroeger ook zo’n mannetje gedreven door ego. Met werk als stip op 1, als het om belangrijke dingen gaat. Had twee bedrijven, stuk of 10 mensen in dienst. Man, wat was ik belangrijk…. Totdat ik besefte dat status, geld enzo, tot veel leidt maar zeker niet tot geluk. Geluk is wie je bent, en niet wat je doet.’
Een week later staat er iemand aan de deur die collectanten werft voro HandicapNL. Hoe toepasselijk. Als ik nee zeg, laat ik vallen dat ik het fysiek niet kan. (yep, nog altijd onbewust aan het verdedigen). Ze vraagt of ik dan misschien wijkhoofd wil zijn. Ik luister naar haar verhaal en besluit dat het een poging waard is. Heb direct weer een Linkdinn account aangemaakt en de Engelse term opgezocht, want dan klinkt het belangrijker:
District head of collectors HandicapNL (volgens google translate
🤪)
Ik ga aan de slag en bel op een avond een rondje naar de 11 mij opgegeven collectanten. Drie nemen op. Eén heeft nooit op de lijst willen staan, of ik haar eraf wil halen. Met de andere twee maak ik een afspraak voor het halen of brengen van de collectebus. De volgende ochtend een appje van één van de twee, of de afspraak verzet kan worden. Welkom terug in de maatschappij! Een week later heb ik iedereen kunnen bereiken, op één na. Drie collectebussen op een dag uitdelen blijkt teveel voor me. Ondertussen verzaak ik mijn functie als privésecretaresse voor de heren hier in huis. Als ik op een middag nog even bezig ben op het moment dat Stijn uit school komt, vraagt hij 5 minuten later of ik tijd heb om naar zijn verhaal te luisteren. Alfred komt na een half uur ‘werken’ op zolder vragen of ik wat wil drinken. Mijn nieuwe functie veroorzaakt duidelijk onrust in huis. Desondanks vind ik het leuk om te doen. Even de focus op wat anders. En het geeft ook inzicht. Dit project is meer dan genoeg.
P.S. Ik zoek nog collectanten voor een paar straten in de buurt, hooguit een uurtje werk. Je hoeft alleen een rondje te lopen, maakt het doel zichtbaar. Ik tel de opbrengst. Wie heeft het niet te druk? De collecteweek is van 26 september t/m 2 oktober.