Onlangs werd me gevraagd wat ik eigenlijk doe bij fysiotherapie. Dus ik dacht, dat is ook een leuke om eens over te schrijven.
Via de screeningsconsulente ben ik terecht gekomen bij een oncologisch fysiotherapeut. De eerste paar keer begonnen we in de behandelkamer en vertelde ik hoe het ging. Erg fijn, want ik vertrouwde mijn lijf voor geen meter en had geen idee hoe ik nou wel of juist niet moest bewegen. Vervolgens gingen we naar de oefenzaal en probeerden we wat bewegingen voor kracht en conditie. Daarna weer terug naar de behandelkamer. Na een half uur ging ik weer naar huis. Zo werd langzaam het contact en vertrouwen opgebouwd. Het klinkt raar maar dat was echt nodig, ik voelde me namelijk zó onzeker. Prettige bijkomstigheid is, dat de therapeute weet dat als ik moe ben, ik ook écht moe ben. En dat de ene dag de andere dag niet is. En dat er meteen naar me gekeken wordt bij elk pijntje wat ik voel. Kortom, ik word serieus genomen en dat is erg fijn.
Nu ben ik zo’n 3 maanden verder en begin ik zelf in de oefenzaal. De oefenzaal is een ruimte met o.a. fitnessapparatuur waar meerdere mensen trainen. De fysiotherapeute is mijn ‘persoonlijke trainster’ die continue aanwijzingen geeft. Buik in, schouders recht, niet te snel, goed uitademen etc. Nu ben ik na een uur pas klaar en heb ik, met pauzes, gesport. Doordat er gewerkt wordt met gewichten, rekbare banden en snelheidsmeters, is het lekker meetbaar en daardoor de vooruitgang goed te zien. Als iets makkelijk gaat wordt er een tandje bij gezet. Nog even en ik ben bikini-proof. Doutzen; eat your hart out!