‘Mama, jij gaat toch dood aan je kanker?’ Dat zegt Stijn net op het moment dat we op de fiets stappen richting de stad. Ik weet nu wat naar adem happen is. Daarna zeg ik:”Nou, dat hoeft niet, het kan ook aan iets anders zijn.” ‘Ja, zegt Stijn lachend, dat bedoelde ik ook. Je kan ook vergiftigd worden ofzo. ‘ “Of omdat ik oud ben,'” zeg ik zo nonchelant mogelijk. Terwijl we wegfietsten en Stijn alweer over iets heel anders praat, denk ik er nog over na. Met zijn vergif zit hij wel in de buurt. Heel veel mensen met Kahler overlijden aan de zware behandeling.
Een paar weken terug had ik ook zo’n gesprek met Rowan. ‘Mama, jij wordt toch 55?’ Hij heeft goed onthouden dat wij heel positief verteld hebben dat er mensen zijn die al 20 jaar leven met deze ziekte. Ik geef aan dat ik van plan ben om in ieder geval 80 te worden, samen met papa. Het antwoord van Rowan is hard. ‘Nou mama, je weet dat dat eigenlijk niet kan gebeuren met jouw ziekte.’
Het is vaker gebeurd dat de jongens de kanker aanhalen en dat zijn momenten dat ik de Kahler echt vervloek. Wáárom nou?! Het zorgt er ook voor dat ik intenser geniet van de kinderen. Elk moment is er weer één. Elke mijlpijl waar ik bij ben is weer een mooie herinnering. En ik ga ervoor om nog heel veel mooie herinneringen te maken.
Morgen word ik 36. Op naar die 55!!!!