Krullenbol

Krullenbol

Was ik eerst nog erg blij met mijn nieuwe mutsen en droeg ik ze met plezier, op een gegeven moment was ik het spuugzat. Zodra mijn haar begon te groeien, begon ook de daarbij horende jeuk. En zo’n muts of doekje helpt dan niet echt. Dus zodra iedereen uit het zicht was, trok ik thuis al snel de hoofdbedekking eraf. Propte het in mijn broekzak of vestzak, en als er een huisgenoot in de buurt kwam, deed ik ‘m snel weer op. Gelukkig vond op een gegeven moment ook de laatste inwoner van ons huis mijn lichtbedekte schedel te doen, en ging de muts thuis al niet meer op.
Tegen Alfred zei ik dat hij maar moest aangeven wanneer mijn haar weer goed genoeg was aangegroeid om aan de buitenwereld te laten zien, want mij kon het niks meer schelen. Maar je wilt ook niet choqueren natuurlijk. Desondanks besloot ik op een maandagochtend de proef op de som te nemen. Een vriendin kwam op de koffie en zonder het mede te delen, werd zij mijn testpersoon. Ze reageerde niet op mijn ultra korte kapsel. Toen ik ernaar vroeg, liep ze keurend om mij heen. Op afstand. Heerlijk vond ik dat. Ik houd van een oprechte mening.  Daarna volgden mijn ouders en toen was het voor mij helder. (Alfred had ondertussen ook zijn mening gegeven hoor) Eenmaal in het openbaar vergat ik mijn korte kapsel. Alleen bij een opgetrokken wenkbrauw, een net iets te lang staren, werd ik me er weer bewust van.

Aan het ‘kapsel’ zelf, kan ik niet echt wennen. De krul komt er weer in, maar het haar is nog niet lang genoeg voor een hele krul waardoor het piekt. En sommige plekken zijn stijl. Hoewel dat hele korte wel erg handig is, kan ik niet wachten tot ik weer mijn eigen ‘ik’ in de spiegel zie. Gelukkig groeit het hard. En die mutsen? Die heb ik aan de wilgen gehangen. Nou ja, de waslijn dan. Weer een onderdeel afgesloten!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *