Suikerspinsels

Suikerspinsels

Waar ik soms echt kan staan voor wat ik wil, vind of doe, zo kan ik soms ook onzeker worden en dichtklappen. Het gekke is dat dat laatste vooral voorkomt als het betrekking heeft op mijn ziekte. Misschien is het wel omdat ik wat dat betreft wel eens het gevoel heb dat ik onder een vergrootglas lig. Zoals een corpulente meneer die met smaak een donut eet terwijl hij de supermarkt uitloopt. Of de bijstandsmoeder die met haar kinderen regelmatig een frietje eet in de sportkantine.

Neem nu het suikervrij eten. Een advies van een voedingsdeskundige, een nog niet wetenschappelijk bewezen effect, een hype, geitenwollensokken, etc. Ik heb de keus gemaakt en ben er serieus mee bezig. Niet altijd handig of leuk. Maar ik wil het zo. Wat kan zorgen voor ongemakkelijke situaties. Neem nou bezoekjes en verjaardagen. De een heeft een halve vriezer vol met suikervrijgebak van de bakker. Draaien hun hand er niet voor om. De ander biedt mij zonder blikken of blozen gewone taart aan. Of met veel bombarie een suikervrije variant. Weer een ander stottert bijna ‘sorry, ik heb niks.’ Of geeft toe niet te weten wat ze moesten doen. En een ander zegt lachend even snel iets suikervrij te willen bakken maar afhaakte bij de dadels. Weer anderen hebben suikervrije chocolaatjes van de bakker. Het maakt me niet uit. Nou ja, ik waardeer de moeite wel. Maar ik vind alles goed. Behalve suikervrije koeken uit de supermarkt overigens, dat is weer een ander verhaal. Ondertussen neem ik vaak zelf wat mee. Want op een verjaardag vind ik het toch wel feestelijk om ook wat lekkers te hebben. Ook dat kan weer ongemakkelijk zijn, vul zelf maar in. 

Het lastigste vind ik echter buiten de deur eten. Ik informeer het restaurant van te voren dat ik suikervrij eet en over het algemeen is het geen probleem. Zeggen ze. Maar toch moet ik er altijd weer over doorvragen. Laatsts was ik uit eten en ook daar was het geen probleem. De serveerster kwam echter terug na het opnemen van de bestelling. Mijn gerecht werd aangemaakt met een suikerhoudende saus. En toen viel er een stilte. Ik wachte tot ze meer zou zeggen maar dat deed ze niet. Black-out van mijn kant. Of het niet weggelaten kon worden, vroeg ik nog wel. Nee. O. ‘Zit er veel van in?’ kwam er uit mijn mond. Als het moeilijk wordt wil ik nog wel eens toegeven. ‘Nee, hoor, maar een beetje’, zei de serveerster. ‘Doe dan maar’, zei ik. ‘Ja?’, zei ze, ‘gebeurt er dan niks geks ofzo?’ Tja, en toen wist ik waar die onzekerheid vandaan komt. Ik wil geen aandacht vragen. Al helemaal niet wat betreft eten. Ik wil gewoon meedoen. Niet gezien worden als zeur. Geen verantwoording hoeven af te leggen. Niet opvallen. Dat is een karaktertrek en nu gewoon extra lastig. Met mijn opblaaskussen in mijn rug. Mijn eigen klapstoel meenemen. De scootmobiel, krukken én geen suiker.

Toen ik bovenstaande eruit gooide bij eerder genoemde bijstandsmoeder (goede vriendin) zei zij lekker relativerend: ‘Ach, mensen zien alleen wat je doet. Niet wat je allemaal laat.’ 

Een beetje een onsamenhangend verhaal misschien. Maar dat heb je met hersenspinsels. De foto is van lang geleden. 4 maanden na de geboorte van Stijn. Toen alles nog wat eenvoudiger was. Stijn is dol op suikerspinnen. Zit in de genen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *