Zo, daar zit ik dan weer, thuis op de bank. Omgeven door bossen bloemen, enorm leuk! (ook omdat Alfred nu ziet dat die collectie vazen echt wel handig is 😉)
Deze behandeling ben ik een stuk beter doorgekomen dan de vorige. Ik ben misselijk geweest, heb me na het tandenpoetsen en/of douchen weleens duizelig en zwetend op m’n bed moeten storten, o.a. ’s nachts om antagel gevraagd vanwege enorm pijnlijke maagzuuraanvallen, moeite met eten, dusdanige oversture darmen dat het goed was dat het toilet dichtbij was én ik die niet hoefde te delen, en natuurlijk de slapte en vermoeidheid. Maar desondanks waren er op dezelfde dag ook goede momenten. Waardoor ik puf had voor een praatje, een klein rondje kon lopen, iets lezen of een puzzeltje maken. En dat was tijdens de eerste behandeling niet mogelijk. Door die goede momenten gingen de dagen wat sneller en was het allemaal beter te handelen.
Ik had het geluk om bij een raam te liggen met uitzicht, dat gaf letterlijk en figuurlijk wat lucht. Want naar buiten gaan mocht niet. En de afdeling af ook niet. Alleen ’s avonds mochten we door de klapdeuren van de afdeling langs de poli lopen. En dan weer terug. Met een mondkapje op. Verder was er, zoals dat gaat in een ziekenhuis, 24/7 beweging. Af en toe het gordijntje van mijn bed dichttrekken gaf wat rust, de koptelefoon die ik meehad ook, maar toch vind ik al die mensen om mij heen heel vermoeiend. Zes wisselende kamergenoten, ieder met hun eigen verhaal. Met de vierde daarvan heb ik twee weken samen gelegen. Gelukkig klikte dat goed. Achttien verschillende verpleegkundigen aan mijn bed, de nachtdienst niet meegerekend.
Alfred mocht één keer in de twee dagen op bezoek komen. Verder niemand. Dankzij de goede momenten kon ik toch regelmatig even videobellen met de kinderen. Dat was moeilijk en fijn tegelijk.
Het thuiskomen vrijdagavond, was heel onwerkelijk. Voelde me een beetje ontheemd. Gewoon weer samen op de bank, de finale van de slimste mens kijken, alsof er niks was gebeurd. De jongens hadden alle aandacht voor me (dat wordt alweer minder hoor), behandelen me heel voorzichtig. De beelden van de afgelopen weken flisten nog door mijn hoofd, ik moet zo’n opname toch echt even verwerken. Maar het gaat goed met me. Nu is het tijd om te revalideren. Wachten tot het eten beter gaat, heel rustig energie en kracht opbouwen.
Over twee en een halve week ga ik op controle in Utrecht. Wat de kankerwaardes zijn, het doel van dit alles, weet ik dan nog niet. Wanneer wel is ook voor mij nog een grote vraag, waar ik hopelijk snel achter ga komen!